ECLI:NL:CRVB:2025:316
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering Wajong-uitkering op basis van duurzaam arbeidsvermogen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 5 maart 2025 uitspraak gedaan over de weigering van een Wajong-uitkering aan appellante, die stelt duurzaam niet over arbeidsvermogen te beschikken. Appellante, geboren in 2000, heeft een aanvraag voor een Wajong-uitkering ingediend, waarbij zij aangaf een autismespectrumstoornis (ASS) te hebben. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) heeft haar aanvraag afgewezen, omdat zij arbeidsvermogen zou hebben, maar dit niet duurzaam zou zijn. De rechtbank Limburg heeft het bezwaar van appellante ongegrond verklaard, wat leidde tot hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep.
De Raad heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat het Uwv terecht heeft geweigerd de Wajong-uitkering toe te kennen. De Raad oordeelde dat appellante niet duurzaam arbeidsongeschikt is, omdat er mogelijkheden zijn voor ontwikkeling van haar arbeidsvermogen. De rechtbank heeft in haar uitspraak voldoende gemotiveerd dat de rapporten van de verzekeringsartsen zorgvuldig zijn opgesteld en dat de conclusies logisch voortvloeien uit de onderzoeksbevindingen. Appellante heeft geen nieuwe medische informatie overgelegd die haar standpunt ondersteunt. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat het hoger beroep niet slaagt.