ECLI:NL:CRVB:2024:2406
Centrale Raad van Beroep
- Schadevergoedingsuitspraak
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake schadevergoeding en overschrijding van de redelijke termijn in WIA-zaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 december 2024 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) en de Staat der Nederlanden (minister van Justitie en Veiligheid). Appellant heeft het hoger beroep ingetrokken omdat het Uwv met een gewijzigde beslissing op bezwaar van 5 april 2024 aan de bezwaren van appellant tegemoet is gekomen. De Raad heeft de overschrijding van de redelijke termijn vastgesteld, zowel in de bestuurlijke als in de rechterlijke fase, met een totale overschrijding van één jaar en drie maanden. De Raad heeft het Uwv veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van appellant, die in totaal € 7.524,68 bedragen, en heeft de Staat der Nederlanden veroordeeld tot betaling van schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. De Raad heeft ook de wettelijke rente over de na te betalen uitkering toegewezen. De uitspraak is gedaan in het openbaar en de beslissing is ondertekend door de voorzitter en de griffier.