Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
.Ook heeft appellant verzocht om een schadevergoeding.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 november 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. Appellant, die van 6 juni 2017 tot 5 maart 2019 als glaszetter werkte, had zich ziek gemeld en een aanvraag voor een Ziektewet-uitkering ingediend. Het Uwv had aanvankelijk geweigerd om de uitkering toe te kennen, maar later werd deze alsnog toegekend. Appellant heeft hoger beroep ingesteld, maar de Raad heeft geoordeeld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat appellant geen procesbelang heeft bij een inhoudelijke beoordeling. De Raad heeft vastgesteld dat appellant over de periode van 5 maart 2019 tot en met 22 juli 2020 ziekengeld zal ontvangen, omdat ex-werkgeefster heeft toegezegd dit alsnog te betalen. De Raad heeft ook geoordeeld dat de redelijke termijn in de procedure is overschreden met ongeveer negen maanden, wat leidt tot een schadevergoeding van € 1.000,- ten laste van de Staat der Nederlanden. Het verzoek om schadevergoeding voor overige schade is afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van procesbelang in hoger beroep en de voorwaarden voor schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn.