ECLI:NL:CRVB:2024:2030
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ingangsdatum bijstand naar de alleenstaandennorm; duurzaam gescheiden leven niet aannemelijk gemaakt
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 oktober 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ingangsdatum van de bijstandsverlening aan appellante. Appellante, die in augustus 2012 in Marokko is gehuwd, ontving bijstand naar de gehuwdennorm omdat zij samenwoonde met een niet-rechthebbende partner. Na een aanvraag voor bijstand op 10 september 2020, heeft het college de bijstand met ingang van 29 juni 2021 herzien naar de norm voor een alleenstaande ouder. Appellante betoogde dat zij vanaf 22 januari 2021 duurzaam gescheiden leefde van haar echtgenoot, maar de Raad oordeelde dat zij dit niet aannemelijk heeft gemaakt. De Raad concludeerde dat de enkele mededeling in het bezwaarschrift over de intentie om te scheiden niet voldoende was om aan te tonen dat er sprake was van duurzaam gescheiden leven. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank Overijssel, die de bestreden besluiten in stand had gelaten. Appellante kreeg geen gelijk en er werd geen vergoeding voor proceskosten toegekend.