ECLI:NL:CRVB:2023:1605
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de duurzaamheid van arbeidsongeschiktheid in het kader van de Wajong-uitkering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 augustus 2023 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een appellant die een Wajong-uitkering had aangevraagd. De appellant, geboren op [geboortedag] 1998, had op 22 januari 2019 een aanvraag ingediend voor een Wajong-uitkering, maar deze was door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) afgewezen. Het Uwv concludeerde dat de appellant op dat moment geen arbeidsvermogen had, maar dat deze situatie niet duurzaam was. De rechtbank Zeeland-West-Brabant had het beroep van de appellant tegen het besluit van het Uwv gegrond verklaard, maar de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand gelaten. De appellant was het niet eens met deze beslissing en ging in hoger beroep.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het Uwv aannemelijk had gemaakt dat op 22 januari 2019 niet uitgesloten was dat de mogelijkheden tot arbeidsparticipatie van de appellant zich konden ontwikkelen. De Raad benadrukte dat de beoordeling van de duurzaamheid van het ontbreken van arbeidsvermogen een inschatting is van de kansen op verbetering van de mogelijkheden tot arbeidsparticipatie. De Raad volgde de overwegingen van de rechtbank en concludeerde dat de appellant op de datum in geding niet als jonggehandicapte kon worden aangemerkt, omdat het ontbreken van arbeidsvermogen niet duurzaam was. De Raad bevestigde de aangevallen uitspraak, voor zover deze was aangevochten.
De uitspraak benadrukt het belang van de beoordeling van de duurzaamheid van arbeidsongeschiktheid in het kader van de Wajong-regeling en de rol van het Uwv en de rechtbank in deze beoordeling. De Raad wees erop dat de omstandigheden na de datum van beoordeling niet relevant zijn voor de inschatting van de kansen op verbetering op dat moment. De uitspraak is van belang voor toekomstige gevallen waarin de duurzaamheid van arbeidsongeschiktheid ter discussie staat.