ECLI:NL:CRVB:2021:3150
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens gebrek aan procesbelang na gewijzigde beslissing op bezwaar
Op 2 december 2021 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 20/3197 WW-PV. Het hoger beroep van de appellant, die niet verschenen was, was gericht tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 10 augustus 2020. De Centrale Raad van Beroep heeft het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. Dit besluit is genomen omdat er geen procesbelang meer bestond. De Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had op 29 november 2021 een gewijzigde beslissing op bezwaar genomen, waarbij volledig tegemoet was gekomen aan de appellant. Hierdoor was er geen geschil meer over de gevraagde schadevergoeding, proceskostenvergoeding en de vergoeding van het griffierecht.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter H.G. Rottier, met de leden M. Schoneveld en S. Wijna. De griffier van de zitting was D.S. Barthel. De beslissing is openbaar uitgesproken en is gebaseerd op de overweging dat de appellant geen belang meer had bij het hoger beroep, aangezien het Uwv de eerdere beslissing had herzien en de appellant volledig had gecompenseerd. Dit betekent dat de Centrale Raad van Beroep geen verdere stappen kon ondernemen in deze zaak, omdat er geen geschil meer bestond dat opgelost moest worden.