Bij aangevallen uitspraak 2 heeft de rechtbank het beroep tegen bestreden besluit 2 ongegrond verklaard en het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade afgewezen.
Daartoe heeft de rechtbank het volgende overwogen. Nu de staatssecretaris er met juistheid van is uitgegaan dat geen sprake (meer) is van ongeschiktheid wegens ziekte, moet worden geconcludeerd dat voor hem niet langer de uit artikel 58 van het Burgerlijk ambtenarenreglement Defensie voortvloeiende verplichtingen gelden. De tijdelijke tewerkstelling kon dus worden beëindigd en de externe herplaatsingsprocedure kon worden hervat. Dat de bedrijfsarts heeft herhaald dat het van belang is het arbeidsconflict op te lossen, doet niet af aan de hiervoor getrokken conclusie. Verder heeft er ook daadwerkelijk een mediationtraject plaatsgevonden in de periode mei 2017 tot en met november 2017. Dit heeft niet tot een overeenkomst geleid. Dat nadien niet een nieuw mediationtraject is gestart, maakt niet dat dit de staatssecretaris, die appellant reeds zeer langdurig heeft bemiddeld en begeleid, zou moeten worden aangerekend. De gedingstukken laten er geen twijfel over bestaan dat de staatssecretaris veelvuldig met appellant in gesprek is geweest.
De rechtbank kan appellant niet volgen in zijn standpunt dat hij vier maanden aan re-integratie tijdens zijn ziekteperiode heeft misgelopen. Op de zitting heeft appellant bevestigd dat het hem gaat om de periode vanaf juli 2017 tot aan 27 oktober 2017. Appellant was in die periode onverminderd geplaatst op een arbeidsplaats bij DCR. Verder werd appellant begeleid door Welke Professionals, waar een begeleidingstraject was ingekocht voor begeleiding van appellant voor vijftien maanden. Volgens het plan van aanpak Spoor 2, van 11 augustus 2017, is dit traject gestart op 24 juli 2017. Daarin worden diverse re-integratie-activiteiten beschreven. Ook in de voortgangsrapportage Spoor 2, betreffende de periode van 24 juli 2017 tot 4 september 2017, worden re-integratie-activiteiten beschreven. In de daarop volgende voortgangsrapportage Spoor 2, die gaat over de periode van 4 september 2017 tot
14 november 2017 wordt weliswaar melding gemaakt van concrete activiteiten maar ook van stagnatie door de ontstane situatie. Daaruit valt op te maken dat appellant de gedane suggestie voor vrijwilligerswerk heeft afgehouden. Dat appellant re-integratie-activiteiten heeft afgehouden, betekent echter nog niet dat Welke Professionals niet beschikbaar was en dat er geen re-integratie werd aangeboden.
Onder deze omstandigheid is er geen plaats voor schadevergoeding, nog daargelaten dat niet is gebleken dat appellant daadwerkelijk schade heeft geleden. Immers, hij heeft in de door hem genoemde maanden, waarover hij stelt schade te hebben geleden, bezoldiging ontvangen.