ECLI:NL:CRVB:2020:329
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.T.H. Zimmerman
- J.L. Boxum
- C. van Viegen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing aanvragen bijzondere bijstand en algemene bijstand op grond van de Participatiewet
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de afwijzing van zijn aanvragen om bijstand op grond van de Participatiewet (PW). De Centrale Raad van Beroep heeft op 18 februari 2020 uitspraak gedaan. Appellant had eerder aanvragen ingediend voor algemene bijstand en bijzondere bijstand, maar deze waren afgewezen omdat hij niet had aangetoond dat hij zijn hoofdverblijf had op het opgegeven adres. De Raad heeft vastgesteld dat appellant onvoldoende bewijs heeft geleverd voor een wijziging van omstandigheden die zijn recht op bijstand zou kunnen onderbouwen. De rechtbank had eerder het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. De Raad heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder eerdere afwijzingen van aanvragen en de verklaringen van appellant over zijn woonsituatie. De Raad concludeert dat appellant niet heeft aangetoond dat hij in de beoordelingsperiode voldeed aan de voorwaarden voor bijstand. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.