ECLI:NL:CRVB:2020:1689

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
30 juli 2020
Publicatiedatum
31 juli 2020
Zaaknummer
17/7975 WIA-R
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van proceskosten in hoger beroep WIA

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 juli 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 17/7975 WIA-R. De uitspraak betreft een rectificatie van een eerdere uitspraak van de Raad van 15 januari 2020. De Raad heeft vastgesteld dat in de beslissing van de eerdere uitspraak een onjuist bedrag aan proceskosten was vermeld. Het onjuiste bedrag betrof de proceskosten in hoger beroep, die ten onrechte waren vastgesteld op een lager bedrag dan daadwerkelijk was gemaakt. De Raad heeft partijen in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op de voorgenomen rectificatie, maar er is geen bezwaar ontvangen van de betrokken partijen. Hierdoor heeft de Raad besloten de rectificatie door te voeren.

De Raad heeft de proceskosten van appellante vastgesteld op een totaalbedrag van € 1.575,-, bestaande uit € 1.050,- voor rechtsbijstand in beroep en € 525,- voor rechtsbijstand in hoger beroep. Daarnaast is bepaald dat het Uwv het in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 170,- aan appellante dient te vergoeden. De uitspraak bevestigt de eerdere beslissing, maar corrigeert de proceskosten en de vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter J.P.M. Zeijen, en is openbaar uitgesproken op 30 juli 2020.

Uitspraak

17/7975 WIA-R
Datum uitspraak: 30 juli 2020
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 15 januari 2020, 17/7975 WIA
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] (appellante)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)
PROCESVERLOOP
De Raad heeft, na hier door het Uwv bij brief van 23 januari 2020 op te zijn gewezen, vastgesteld dat in de beslissing van de uitspraak van 15 januari 2020 een onjuist bedrag aan proceskosten staat vermeld. Het betreft de proceskosten in hoger beroep ten bedrage van € 1.050,-.
De Raad heeft daarom aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over een rectificatie van de uitspraak. Dit is bij brief van 24 februari 2020 aan partijen meegedeeld.
Partijen hebben niet gereageerd binnen de in de brief van 24 februari 2020 gestelde termijn van vier weken, in verband waarmee de Raad, naar in die brief is vermeld, ervan uitgaat dat er geen bezwaar bestaat tegen de voorgenomen rectificatie.

OVERWEGINGEN

De Raad rectificeert rechtsoverweging 5 en de beslissing van de uitspraak van 15 januari 2020, 17/7975 WIA, als volgt.
5. In verband met wat onder 4.7 is overwogen, is er aanleiding het Uwv te veroordelen in de door appellante gemaakte proceskosten. Deze worden begroot op € 1.050,- aan kosten voor rechtsbijstand in beroep, € 525,- aan kosten voor rechtsbijstand in hoger beroep, in totaal € 1.575,-. Tevens is er aanleiding te bepalen dat het Uwv het in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht aan appellante vergoedt.
Beslissing
De Centrale Raad van Beroep
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 1.575,-;
- bepaalt dat het Uwv aan appellante het in beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 170,- vergoedt.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert zijn uitspraak van 15 januari 2020 als in de overwegingen is weergegeven.
Deze uitspraak is gedaan door J.P.M. Zeijen als voorzitter en M. Schoneveld en G.A.J. van den Hurk als leden, in tegenwoordigheid van M.D.F de Moor als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 30 juli 2020.
(getekend) J.P.M. Zeijen
(getekend) M.D.F. de Moor