Uitspraak
19.1454 BABW
OVERWEGINGEN
.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de toekenning van een gehandicaptenparkeerkaart aan appellante, die als gevolg van een bedrijfsongeval een amputatie van haar linker onderarm heeft ondergaan. Appellante heeft op 6 januari 2017 een aanvraag ingediend voor een gehandicaptenparkeerkaart, maar deze is door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam afgewezen op basis van medische adviezen van de GGD. De GGD concludeerde dat appellante, ondanks haar beperkingen, in staat is om zonder hulp een afstand van meer dan 100 meter te overbruggen met gebruikelijke loophulpmiddelen. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar het college handhaafde zijn standpunt na heroverweging van de medische adviezen.
De rechtbank Amsterdam heeft het beroep van appellante tegen het besluit van het college ongegrond verklaard. De rechtbank oordeelde dat de adviezen van de GGD zorgvuldig tot stand zijn gekomen en dat er geen reden was om aan de juistheid van deze adviezen te twijfelen. Appellante heeft in hoger beroep gesteld dat haar beperkingen zo ernstig zijn dat zij recht heeft op een gehandicaptenparkeerkaart, maar de Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat haar situatie voldoet aan de criteria voor de toekenning van een gehandicaptenparkeerkaart, zoals vastgelegd in artikel 1, eerste lid, aanhef en onder d, van de Regeling gehandicaptenparkeerkaart. De Raad benadrukte dat de regeling is bedoeld voor personen met ernstige beperkingen die het moeilijk maken om afstanden te overbruggen, en dat appellante in staat is om de normale afstand tussen een parkeerplaats en haar bestemming te overbruggen, ook al kan zij daarbij geen zware spullen dragen.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de aanvraag van appellante om een gehandicaptenparkeerkaart op basis van de ingediende medische adviezen niet kan worden toegewezen, en dat de rechtbank en het college de juiste procedure hebben gevolgd in hun beoordeling van de zaak.