ECLI:NL:CRVB:2019:521
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beëindiging AIO-aanvulling en terugvordering in verband met niet-gemelde inkomsten uit pgb van inwonende zoon
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de AIO-aanvulling en de terugvordering van te veel ontvangen bijstandsuitkeringen door appellanten, die beiden een ouderdomspensioen ontvangen op grond van de Algemene Ouderdomswet (AOW). De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep tegen eerdere uitspraken van de rechtbank Midden-Nederland. De Svb had de AIO-aanvulling van appellanten verlaagd door de kostendelersnorm toe te passen, omdat zij samen met hun meerderjarige zoon in één woning wonen. De zoon ontving een persoonsgebonden budget (pgb) voor zorg, waarvan de inkomsten niet tijdig aan de Svb waren gemeld. De Raad oordeelt dat appellanten hadden moeten weten dat deze inkomsten van invloed waren op hun recht op AIO-aanvulling en dat zij de inlichtingenverplichting hebben geschonden. De Raad bevestigt dat er geen dringende redenen zijn om van terugvordering af te zien, ondanks de hoge leeftijd van appellanten en de zorg voor hun zoon. De Raad concludeert dat het hoger beroep niet slaagt en bevestigt de eerdere uitspraken van de rechtbank.