ECLI:NL:CRVB:2019:2986

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
12 september 2019
Publicatiedatum
13 september 2019
Zaaknummer
17/6771 AOW-R
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van proceskosten in sociale zekerheidszaak

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 september 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 17/6771 AOW-R. De uitspraak betreft een rectificatie van een eerdere uitspraak van 20 juni 2019. De Raad heeft vastgesteld dat in de beslissing van de eerdere uitspraak een onjuist bedrag aan proceskosten was vermeld. Na een brief van de gemachtigde van de appellant, mr. D. Coskun, op 27 juni 2019, heeft de Raad partijen de gelegenheid gegeven om schriftelijk te reageren op de voorgenomen rectificatie. Aangezien er geen reacties zijn ontvangen binnen de gestelde termijn, ging de Raad ervan uit dat er geen bezwaar was tegen de rectificatie.

De Raad heeft de eerdere uitspraak gewijzigd door de proceskosten die de Sociale Verzekeringsbank (Svb) aan de appellant moet vergoeden, te verhogen. De nieuwe bedragen zijn vastgesteld op € 1.048,- en € 2.048,-. De rectificatie is gepubliceerd op rechtspraak.nl, samen met een gerectificeerd exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met M.M. van der Kade als voorzitter en J.J.T. van den Corput en H. Benek als leden, in aanwezigheid van griffier R.L. Rijnen. De beslissing is openbaar uitgesproken op 12 september 2019.

Uitspraak

17/6771 AOW-R
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 20 juni 2019, 17/6771 AOW
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
De Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb)
Datum uitspraak: 12 september 2019
PROCESVERLOOP
De Raad heeft, na hier door mr. D. Coskun, de gemachtigde van appellant bij brief van 27 juni 2019 op te zijn gewezen, vastgesteld dat in de beslissing van de uitspraak van 20 juni 2019 een onjuist bedrag aan proceskosten staat vermeld.
De Raad heeft daarom aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over een rectificatie van de uitspraak. Dit is bij brief van 18 juli 2019 aan partijen meegedeeld.
Partijen hebben niet gereageerd binnen de in de brief van 18 juli 2019 gestelde termijn van vier weken, in verband waarmee de Raad, naar in die brief is vermeld, ervan uitgaat dat er geen bezwaar bestaat tegen de voorgenomen rectificatie.

OVERWEGINGEN

De Raad wijzigt de uitspraak van 20 juni 2019, 17/6771 AOW, als volgt.
In de derde bepaling van de beslissing staat vermeld:
- veroordeelt de Svb in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 1.048,-;
Dit dient te zijn:
- veroordeelt de Svb in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 2.048,-;
Aan deze uitspraak tot rectificatie is een gerectificeerd exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert zijn uitspraak van 20 juni 2019 als in de overwegingen is weergegeven.
Deze uitspraak is gedaan door M. M. van der Kade als voorzitter en J.J.T. van den Corput en H. Benek als leden, in tegenwoordigheid van R.L. Rijnen als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 12 september 2019.
(getekend) M.M. van der Kade
(getekend) R.L. Rijnen

NW