Uitspraak
16.7285 WAJONG
OVERWEGINGEN
GZ-psycholoog E. Hamstra van 16 november 2015. Het Uwv heeft deze aanvraag opgevat als een verzoek om terug te komen van het eerdere besluit van 19 mei 2011. Bij besluit van 3 december 2015, gehandhaafd bij beslissing op bezwaar van 3 mei 2016 (bestreden besluit), heeft het Uwv deze aanvraag onder verwijzing naar een rapport van een verzekeringsarts bezwaar en beroep afgewezen. Het Uwv heeft zich kort gezegd op het standpunt gesteld dat uit de bij de aanvraag gevoegde en in bezwaar verkregen nieuwe gegevens over de medische situatie van appellante in het 18e tot 23e jaar niet naar voren komt dat de beoordeling in 2011 niet juist is geweest.
GZ-psycholoog/EMDR practitioner E. Hamstra. Uit diens verklaring van 16 november 2015 blijkt dat hij appellante van september 2003 tot oktober 2003 met succes met EMDR heeft behandeld. In het kader van de WAO-beoordeling in 2003 zijn bij spreekuurbezoeken in oktober 2003 door de verzekeringsarts geen duidelijke psychische afwijkingen bij appellante geconstateerd en is zij in staat geacht met passende functies ten minste het minimumloon te verdienen. Bij de Wajong-beoordeling in 2011 werden door de verzekeringsarts aanwijzingen gevonden voor een laaggemiddelde intelligentie en is appellante, gelet op de op 17- en
18-jarige leeftijd retrospectief aanwezig te achten psychische problematiek, aangewezen geacht op licht gestructureerd werk met duidelijke instructie, geen complexe taken, zonder veelvuldige deadlines of productiepieken. Vanaf juli 2015 is appellante in verband met psychische problematiek bij Mediant onder behandeling waar zij is gediagnosticeerd met een chronische PTSS. Daarnaast is door de behandelaars in 2015 een dermate laag intelligentievermogen bij appellante geconstateerd dat een traumabehandeling niet tot de beoogde resultaten kan leiden.