In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarin zijn verzoek om bevordering naar de functie van senior juridisch adviseur werd afgewezen. Appellant, werkzaam bij de gemeente Amsterdam sinds 2003, had verzocht om bevordering naar schaal 11, maar het college van burgemeester en wethouders heeft dit verzoek afgewezen. De Raad voor de Rechtspraak heeft op 18 juli 2019 uitspraak gedaan. De Raad concludeert dat er geen uitdrukkelijke, ondubbelzinnige en onvoorwaardelijke toezegging is gedaan door het college dat appellant zou worden bevorderd. De e-mail van 8 september 2010 en andere gedingstukken bieden geen bewijs voor een dergelijke toezegging. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak is gedaan door C.H. Bangma als voorzitter, met L.R. Daman als griffier.