Uitspraak
OVERWEGINGEN
a. Voor bestreden besluit 2 was geen plaats. Bij herroeping van het oorspronkelijke besluit had de korpschef moeten bezien of er aanleiding was voor een andere uitkomst en deze uitkomst moeten neerleggen in een beslissing op bezwaar. De korpschef heeft met bestreden besluit 2 ten onrechte een nieuwe procedure opgestart. Bestreden besluit 1 dient in samenhang met de besluiten van 11 en 12 december 2014 te worden gelezen als beslissing op bezwaar tegen de oorspronkelijke besluiten van 24 april 2013 en 14 mei 2013, zodat het beroep van appellant wordt geacht mede hiertegen te zijn gericht;
e. De concept-beoordeling van februari 2014 was gebrekkig nu deze niet overeenkomstig het Beoordelingsreglement politie Rotterdam-Rijnmond (Beoordelingsreglement) was afgestemd met de beoordelingsautoriteit alvorens deze met appellant was besproken. Artikel 9, eerste lid, van het Beoordelingsreglement verplicht evenwel niet tot het vaststellen van een gebrekkige concept-beoordeling en staat dus niet in de weg aan het opmaken van een ‘nieuwe’
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep tegen het nader besluit van 22 april 2017 ongegrond;
- veroordeelt de korpschef tot betaling aan betrokkene van een vergoeding van schade tot een bedrag van € 1.500,-;
- veroordeelt de korpschef in de proceskosten van betrokkene tot een bedrag van € 1.753,50;
- bepaalt dat de korpschef aan appellant het in hoger beroep betaalde griffierecht van