Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
van € 170,- vergoedt.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 juli 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de rechtbank Rotterdam. Appellante, die sinds 1 maart 2007 bijstand ontving op basis van de Participatiewet (PW), had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Schiedam. Dit besluit hield in dat de bijstand van appellante over de periode van 1 februari 2016 tot en met 30 juni 2016 werd herzien en dat er teveel betaalde bijstand van € 1.389,55 teruggevorderd zou worden. De herziening was gebaseerd op de kostendelersnorm, omdat de meerderjarige dochter van appellante in dezelfde woning woonde en geen recht meer had op studiefinanciering.
De Raad oordeelde dat het college ten onrechte had afgezien van het horen van appellante in de bezwaarfase, omdat er bijzondere omstandigheden waren die het college had moeten onderzoeken. Hoewel het college de kostendelersnorm terecht had toegepast, was de procedure niet correct gevolgd. De Raad concludeerde dat het college de hoorplicht had geschonden, maar dat appellante niet benadeeld was door dit gebrek, omdat zij in de gelegenheid was geweest haar standpunt naar voren te brengen.
De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank, maar verbeterde de gronden. Tevens werd het college veroordeeld in de proceskosten van appellante, die in totaal € 1.503,- bedroegen. De uitspraak benadrukt het belang van de hoorplicht in bestuursrechtelijke procedures en de noodzaak voor bestuursorganen om zorgvuldig om te gaan met de rechten van belanghebbenden.