Uitspraak
16.5846 AWBZ, 16/5848 AWBZ, 16/5849 AWBZ
OVERWEGINGEN
25 juni 2015 heeft het Zorgkantoor het pgb over de eerste, respectievelijk de tweede helft van het jaar 2014 geheel afgekeurd. Bij besluit van 27 juni 2015 heeft het Zorgkantoor het pgb voor het jaar 2014 vastgesteld op nihil en een bedrag van € 109.498,30 van appellante teruggevorderd.
31 juli 2014 een buitenwettelijke beslissing heeft genomen en dat deze beslissing in zoverre geacht wordt deel uit te maken van het vaststellingsbesluit van 4 oktober 2014, zoals gedeeltelijk gehandhaafd bij besluit van 2 september 2015. Verder wordt het beroep tegen bestreden besluit 2 geacht te zijn gericht tegen het besluit van 2 september 2015. De rechtbank heeft dit niet onderkend. De Raad zal aangevallen uitspraak 2 daarom vernietigen voor zover de rechtbank de rechtsgevolgen van bestreden besluit 2 in stand heeft gelaten. Doende wat de rechtbank zou behoren te doen, zal de Raad het beroep tegen het besluit van 2 september 2015 beoordelen.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit 3, zoals aangevuld bij brief van 5 december 2015;
- herroept het besluit van 27 juni 2015 en bepaalt dat het pgb voor het jaar 2014 wordt vastgesteld op € 87.700,- en dat van appellante een bedrag van € 21.798,30 wordt teruggevorderd;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit;
- veroordeelt het Zorgkantoor in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 3.006,-;
- bepaalt dat het Zorgkantoor aan appellant de betaalde griffierechten van in totaal € 239,- vergoedt.