ECLI:NL:CRVB:2018:1509
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake disciplinaire maatregel van ontslag
Op 17 mei 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op het verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 12 januari 2017. Verzoekster, die in deze zaak werd bijgestaan door haar echtgenoot, had verzocht om herziening van de uitspraak waarbij haar ontslag wegens plichtsverzuim was bevestigd. Het college van burgemeester en wethouders van Weert had eerder een disciplinaire maatregel van ontslag opgelegd, welke handhaving door de rechtbank Limburg was bevestigd. Verzoekster stelde dat de eerdere uitspraak was gebaseerd op bedrog en leugens, en voerde aan dat er geen schriftelijke opdracht aan Hoffmann Bedrijfsrecherche B.V. was gegeven voor het onderzoek dat leidde tot haar ontslag.
De Raad overwoog dat verzoekster geen nieuwe feiten of omstandigheden had aangedragen die niet bekend waren vóór de uitspraak van 12 januari 2017 en die tot een andere uitspraak zouden hebben kunnen leiden. De Raad benadrukte dat het bijzondere rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, maar enkel voor het aanvoeren van nieuwe feiten of omstandigheden. De argumenten van verzoekster werden als onvoldoende beschouwd om het verzoek om herziening te honoreren.
Uiteindelijk werd het verzoek om herziening afgewezen, en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met E.J.M. Heijs als voorzitter, en de beslissing werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.