ECLI:NL:CRVB:2017:39
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake intrekking en terugvordering van AIO-aanvulling met betrekking tot vermogen in het buitenland
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel, waarin de intrekking van de AIO-aanvulling van appellanten door de Sociale verzekeringsbank (Svb) aan de orde is. Appellanten ontvingen aanvankelijk een aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO-aanvulling) ter aanvulling op hun ouderdomspensioen. Op 8 april 2015 heeft appellante aan de Svb doorgegeven dat zij van de AIO-aanvulling wilde afzien. De Svb heeft echter op 20 april 2015 de uitbetaling van de AIO-aanvulling geblokkeerd, omdat er informatie was ontvangen waaruit bleek dat appellanten mogelijk meer vermogen hadden dan bekend was bij de Svb. Appellanten hebben bezwaar gemaakt tegen deze blokkering en de daaropvolgende intrekking van de AIO-aanvulling per 1 mei 2015.
De Svb heeft in een later besluit, op 2 februari 2016, de AIO-aanvulling van appellanten met terugwerkende kracht ingetrokken en een bedrag van € 23.269,12 teruggevorderd. De rechtbank heeft het beroep van appellanten tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard, wat hen ertoe heeft aangezet om in hoger beroep te gaan. Appellanten stellen dat het verzoek om hun Turkse identiteitsnummers, de TC Kimliknummers, een besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en dat het niet voldoen aan dit verzoek gevolgen kan hebben voor hun recht op AIO-aanvulling.
De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het verzoek om TC Kimliknummers te verstrekken moet worden aangemerkt als een procedurele beslissing die niet vatbaar is voor bezwaar of beroep. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en stelt dat de mededeling van de Svb slechts informatief van aard is en geen rechtsgevolgen met zich meebrengt. De Raad komt tot de conclusie dat het hoger beroep niet slaagt en bevestigt de aangevallen uitspraak.