ECLI:NL:CRVB:2017:3819
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Overgangsrecht van artikel 133f van de Wet WIA en uitsluitingsgrond bij volledige arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om de toepassing van het overgangsrecht van artikel 133f van de Wet WIA in relatie tot de uitsluitingsgrond van volledige arbeidsongeschiktheid bij aanvang van de verzekering. Betrokkene heeft haar werkzaamheden op 1 april 2010 gestaakt en was vanaf de aanvang van de verzekering op 17 april 2009 al volledig arbeidsongeschikt. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, die het recht op uitkering op grond van de Wet WIA heeft geweigerd. De rechtbank had eerder het beroep van betrokkene gegrond verklaard, maar de Centrale Raad komt tot de conclusie dat de rechtbank heeft miskend dat de uitsluitingsgrond van volledige arbeidsongeschiktheid bij aanvang van de verzekering van toepassing blijft op basis van het overgangsrecht. De Raad oordeelt dat de aanvraag om uitkering in juni 2014 niet kan leiden tot uitkering, omdat betrokkene al volledig arbeidsongeschikt was bij aanvang van de verzekering. De uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd en het beroep van betrokkene wordt ongegrond verklaard.