Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
plaats treedt van het besluit van 29 juli 2015;
van in totaal € 169,- vergoedt.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 18 januari 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellant, die studiefinanciering ontving op basis van de Wet studiefinanciering 2000, was het niet eens met de herziening van zijn studiefinanciering en de opgelegde bestuurlijke boete door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De minister had de herziening en boete gebaseerd op een onderzoek naar de woonsituatie van de appellant, uitgevoerd door controleurs van een privaat bedrijf. De Raad oordeelde dat de bevindingen van dit onderzoek als bewijs ontoelaatbaar zijn, omdat het onderzoek was verricht door onbevoegde controleurs die niet op basis van een arbeidsovereenkomst bij het privaat bedrijf werkzaam waren. Dit leidde tot de conclusie dat het bestreden besluit van de minister niet op een deugdelijke motivering berustte. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van de appellant gegrond. Tevens werden de besluiten van de minister herroepen en werd de minister veroordeeld in de proceskosten van de appellant.