ECLI:NL:CRVB:2017:1190

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
29 maart 2017
Publicatiedatum
29 maart 2017
Zaaknummer
15/6065 PV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake recht op Werkloosheidswet-uitkering en procesbelang

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 maart 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant. De zaak betreft een appellant die aanspraak maakt op een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW). De Raad heeft geoordeeld dat de appellant maximaal heeft gekregen waar zij materieel aanspraak op kan maken, en dat er geen procesbelang is. De Raad benadrukt dat het recht op WW-uitkering niet gerelateerd is aan de vraag van onrechtmatig ontslag of de behandeling door de gemeente. De appellant stelt dat haar eer en goede naam zijn aangetast, maar deze kwestie kan in een andere procedure aan de orde worden gesteld, bijvoorbeeld bij de burgerlijke rechter. De Raad verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk, omdat de gevraagde uitspraak geen verandering kan brengen in de materiële rechtspositie van de appellant. De uitspraak is openbaar gedaan en is gebaseerd op de overwegingen dat voor procesbelang vereist is dat het resultaat dat de indiener nastreeft daadwerkelijk bereikt kan worden, wat in deze zaak niet het geval is.

Uitspraak

15/6065-PV
Datum uitspraak: 29 maart 2017
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 24 juli 2015, 14/2859 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] (appellante)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)
het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Helmond (belanghebbende)
Zitting hebben: H.G. Rottier (voorzitter), A.I. van der Kris en G.A.J. van den Hurk
Griffier: M. Gayir
Ter zitting zijn verschenen: [appellante], bijgestaan door [X.], het Uwv, vertegenwoordigd door M.J.H. Maas en de belanghebbende, vertegenwoordigd door mr. M.P.W. Steuten en mr. L. Nuyts.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen:
Voor het aannemen van procesbelang is vereist dat het resultaat dat de indiener van het bezwaarschrift, beroepschrift of hoger beroepschrift nastreeft ook daadwerkelijk bereikt kan worden en het realiseren daarvan voor de betrokkene feitelijke betekenis niet kan worden ontzegd. In de uitspraak van 9 januari 2015 (ECLI:NL:CRVB:2015:53) heeft de Raad zijn rechtspraak over procesbelang verruimd, in die zin dat ook procesbelang zal worden aangenomen indien wordt gesteld dat het bestreden besluit rechtstreeks gevolg heeft waarvan in een andere, al dan niet bestuursrechtelijke, rechtsverhouding nadeel zal worden ondervonden en de in de voorliggende zaak op bestuursrechtelijke gronden te nemen beslissing voor het intreden van dat gevolg beslissend is.
De Raad is van oordeel dat die situatie zich hier niet voordoet. Wat voorligt is dat appellant maximaal gekregen heeft waar zij materieel aanspraak op zou kunnen krijgen, een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW). Door de verlangde uitspraak van de Raad kan geen verandering optreden in de materiële rechtspositie van appellante.
Wat voorligt is het recht op WW-uitkering en dat is niet de vraag naar een onrechtmatig ontslag en een eventuele niet correcte behandeling door de gemeente of de verwikkelingen die er zijn rond het restaurant. Al die elementen liggen daarbuiten. De eer en de goede naam waarin appellante stelt te zijn aangetast gaat over een feitelijke situatie die appellante in een andere procedure aan de orde kan stellen, bijvoorbeeld bij de burgerlijke rechter. Daarvoor heeft appellante geen uitspraak van deze Raad nodig.
Waarvan proces-verbaal.
Utrecht, 29 maart 2017
De griffier De voorzitter
(getekend) M. Gayir (getekend) H.G. Rottier

KP