Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om schadevergoeding van appellante 2 af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 januari 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de eerdere uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De zaak betreft een loonsanctie opgelegd aan appellante 1, de werkgeefster, wegens onvoldoende re-integratie-inspanningen van appellante 2, de werkneemster. De werkneemster was vanaf 11 juni 2012 volledig arbeidsongeschikt verklaard door de bedrijfsarts, en de werkgeefster had niet voldoende gedaan om haar te re-integreren. De rechtbank had eerder de beroepen van beide appellanten ongegrond verklaard, en het Uwv had de loonsanctie opgelegd tot 31 december 2013. In hoger beroep herhaalden beide appellanten hun eerdere standpunten, maar de Raad oordeelde dat de rechtbank de besluiten van het Uwv terecht in stand had gelaten. De Raad bevestigde dat er geen nieuwe informatie was overgelegd die tot een ander oordeel zou kunnen leiden. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en het verzoek om schadevergoeding van appellante 2 werd afgewezen. De Raad concludeerde dat de bestreden besluiten 1 en 2 in stand blijven en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.