Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van wettelijke rente af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Utrecht, die haar beroep tegen een besluit van het Uwv ongegrond had verklaard. Appellante had eerder een WAO-uitkering ontvangen, maar deze was in 2005 ingetrokken omdat zij minder dan 15% arbeidsongeschikt werd geacht. In 2011 verzocht appellante om heropening van de WAO-uitkering wegens toegenomen arbeidsongeschiktheid. Het Uwv weigerde dit, omdat de toegenomen arbeidsongeschiktheid volgens hen een andere oorzaak had dan de eerdere WAO-uitkering. De rechtbank oordeelde dat het Uwv zorgvuldig had gehandeld en dat er geen medische onderbouwing was voor de stelling van appellante dat haar beperkingen waren toegenomen.
De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat er geen sprake was van toegenomen beperkingen per 15 september 2010 ten opzichte van de situatie in 2005. De Raad benadrukte dat de GAF-score, waar appellante naar verwees, niet bedoeld is om beperkingen in sociaal of beroepsmatig functioneren vast te leggen. De Raad concludeerde dat het Uwv terecht de WAO-uitkering had geweigerd en dat het hoger beroep van appellante niet slaagde. Er was geen aanleiding voor vergoeding van proceskosten of wettelijke rente.