ECLI:NL:CRVB:2013:BZ8062
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M. Greebe
- J.S. van der Kolk
- K. Wentholt
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het dagloon voor ZW-uitkering en de status van starter volgens het Besluit dagloonregels werknemersverzekeringen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 april 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vaststelling van het dagloon voor de Ziektewet (ZW) van appellant. Appellant had zich ziek gemeld op 12 juli 2010, na een periode van werk in augustus 2009 en een nieuwe arbeidsverhouding die in februari 2010 was gestart. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had het dagloon vastgesteld op € 53,26, gebaseerd op de verdiensten in het refertejaar. De rechtbank had het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond verklaard, wat appellant in hoger beroep aanvecht.
De Raad overweegt dat de rechtbank terecht heeft vastgesteld dat appellant als starter moet worden aangemerkt volgens artikel 6 van het Besluit dagloonregels werknemersverzekeringen. Dit artikel biedt geen ruimte om appellant opnieuw als starter aan te merken bij de aanvang van zijn nieuwe werkzaamheden in februari 2010. De Raad bevestigt dat de dagloonberekening in overeenstemming is met de geldende regelgeving en dat appellant in de referteperiode loon heeft ontvangen, wat van invloed is op de vaststelling van het dagloon.
De Raad onderschrijft de overwegingen van de rechtbank en concludeert dat de dagloonberekening voor appellant correct is uitgevoerd. Het beroep op artikel 9 van het Besluit, dat betrekking heeft op gelijktijdig lopende dienstbetrekkingen, faalt eveneens, omdat dit geen invloed heeft op de status van starter. De Raad ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling en bevestigt de aangevallen uitspraak.