ECLI:NL:CRVB:2013:BZ6877
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WAO
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 april 2013 uitspraak gedaan op een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 11 augustus 2010, met zaaknummer 08/2650 WAO. Verzoeker, A. te B., heeft verzocht om herziening op basis van nieuwe feiten en omstandigheden. De Raad heeft echter vastgesteld dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die voldoen aan de cumulatieve voorwaarden zoals omschreven in artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Deze voorwaarden vereisen dat de feiten vóór de uitspraak hebben plaatsgevonden, niet bekend waren bij de indiener en, indien ze eerder bekend waren geweest, tot een andere uitspraak zouden hebben geleid.
De Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat het rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de eerdere uitspraak. Verzoeker heeft in essentie aangegeven het niet eens te zijn met de eerdere uitspraak, maar heeft geen nieuwe feiten aangedragen die de herziening zouden rechtvaardigen. De Raad heeft ook verwezen naar eerdere rechtspraak die deze lijn ondersteunt.
Uiteindelijk heeft de Raad besloten het verzoek om herziening af te wijzen, zonder aanleiding te zien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met J.J.T. van den Corput als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op de zitting.