ECLI:NL:CRVB:2012:BX2453
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- B.J. van de Griend
- G.L.M.J. Stevens
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorschot op terugzendpremie voor rechterlijke ambtenaren
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 juli 2012 uitspraak gedaan in het beroep van een appellant, die een verzoek had ingediend om een voorschot te ontvangen op de aanvulling van de terugzendpremie. Dit verzoek was gedaan op basis van de Suppletieregeling voor rechterlijke ambtenaren, in verband met het einde van zijn uitzending. De appellant, die vanaf 1 februari 1998 raadsheer was bij het Gerechtshof Amsterdam, had buitengewoon verlof zonder behoud van bezoldiging gekregen vanwege zijn benoeming als lid van het Gemeenschappelijk Hof van de Nederlandse Antillen en Aruba. Zijn uitzending eindigde op 1 februari 2010, waarna hij een verzoek indiende om een voorschot op de terugzendpremie, maar dit werd afgewezen door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
De Raad oordeelde dat de appellant niet voldeed aan de voorwaarden die in de Regeling zijn gesteld voor de toekenning van de terugzendpremie. De appellant had geen ontslag gekregen bij het Hof van Justitie, was niet teruggekeerd naar Nederland en had de terugzendpremie niet ontvangen. De Raad concludeerde dat het beleid van de verweerder niet buiten de grenzen van een redelijke beleidsbepaling ging en dat er geen strijd was met het gelijkheidsbeginsel. De Raad wees erop dat de appellant had kunnen kiezen om terug te keren naar Nederland, maar dat hij ervoor had gekozen om in het buitenland te blijven. De Raad verklaarde het beroep van de appellant ongegrond en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor rechters om te voldoen aan specifieke voorwaarden om aanspraak te maken op bepaalde vergoedingen en de rol van beleidsregels in het bestuursrecht.