ECLI:NL:CRVB:2005:AT3981
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.A. Hoogeveen
- C.P.J. Goorden
- B.M. van Dun
- Rechtspraak.nl
Weigering van WW-uitkering wegens niet voldoen aan de ureneis en de vraag naar cyclische werkloosheid
In deze zaak gaat het om de weigering van een WW-uitkering aan appellant, die niet voldoet aan de ureneis zoals vastgelegd in de Werkloosheidswet (WW). Appellant had op 6 juli 2001 een WW-uitkering aangevraagd vanwege arbeidsurenverlies per 1 juli 2001. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) heeft op 20 september 2001 meegedeeld dat appellant geen recht heeft op een WW-uitkering, omdat hij niet werkloos is in de zin van de WW. De reden hiervoor is dat appellant in de 26 weken voorafgaand aan zijn urenverlies niet aan de ureneis voldeed, wat inhoudt dat hij niet voldoende arbeidsuren had verloren. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het Uwv handhaafde zijn besluit op 11 maart 2002.
De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelde dat het Uwv de berekening van het arbeidsurenverlies correct had uitgevoerd. Appellant stelde in hoger beroep dat hij wel degelijk werkzaam was in een wisselend arbeidspatroon met een cyclus, en dat het Uwv hem eerder had meegedeeld dat hij cyclisch werkloos was. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 16 februari 2005, waarbij appellant in persoon verscheen, bijgestaan door zijn advocaat, terwijl gedaagde zich niet liet vertegenwoordigen.
De Raad heeft in zijn overwegingen bevestigd dat het Uwv op goede gronden heeft geoordeeld dat appellant niet werkloos is geworden, omdat er geen sprake was van een relevant arbeidsurenverlies. De Raad heeft de conclusie van de rechtbank onderschreven dat het Uwv de ureneis correct heeft toegepast en dat de berekening van het arbeidsurenverlies op basis van de hoofdregel van artikel 16, tweede lid, van de WW juist was. De Raad heeft het hoger beroep van appellant afgewezen en de aangevallen uitspraak bevestigd, zonder aanleiding te zien voor vergoeding van proceskosten.