In deze zaak heeft de Vereniging zonder winstoogmerk Pesticide Action Network Europe (PAN Europe) beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Het beroep is ingesteld op 15 mei 2019 naar aanleiding van een bezwaar van 19 oktober 2018 tegen het toelatingsbesluit van 5 oktober 2018 voor het gewasbeschermingsmiddel TAVAS. Het College heeft eerder op 3 september 2019 het beroep gegrond verklaard en verweerder opgedragen binnen twee weken een besluit te nemen. Verweerder heeft echter het toelatingsbesluit in stand gelaten, wat leidde tot een nieuw beroep (zaaknummer 19/1558). Op 14 april 2020 heeft het College het verzet van verweerder tegen de eerdere uitspraak gegrond verklaard, waardoor het onderzoek werd voortgezet.
Tijdens de zitting op 27 januari 2021 is vastgesteld dat verweerder niet tijdig heeft beslist op het bezwaarschrift. Het College heeft overwogen dat, hoewel het toelatingsbesluit niet tot een specifieke groep is gericht, het wel degelijk gevolgen heeft voor een onbepaalde groep personen, waardoor het als een besluit van algemene strekking moet worden aangemerkt. Dit betekent dat de dwangsomregeling niet van toepassing is, omdat deze alleen geldt voor beschikkingen. Het College heeft het verzoek om de hoogte van de verbeurde dwangsom afgewezen en verweerder veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van appellante, vastgesteld op € 534,-.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer op 26 april 2021, waarbij de rechters J.H. de Wildt, H.O. Kerkmeester en D. Brugman aanwezig waren. De beslissing is openbaar uitgesproken en de griffier was ook aanwezig.