ECLI:NL:CBB:2021:1062
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proces-verbaal
- M.C. Stoové
- M.R. Broeze
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de vaststelling van fosfaatrechten voor Blonde d’Aquitaine koeien
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 19 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een appellant en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De appellant, die 18 koeien van het ras Blonde d’Aquitaine houdt, betwistte de vaststelling van zijn fosfaatrecht door verweerder, die deze koeien niet als melk- en kalfkoeien had aangemerkt. Appellant stelde dat hij recht had op hogere fosfaatrechten, omdat de koeien volgens hem ook voor de fokkerij gehouden werden. Hij had de koeien in de Gecombineerde Opgaaf 2015 opgegeven als 'overige koeien', wat verweerder deed concluderen dat het om zoogkoeien voor de vleesveehouderij ging. Het College oordeelde dat verweerder terecht had afgezien van het horen van appellant, omdat deze niet adequaat had gereageerd op meerdere pogingen van verweerder om een hoorzitting te plannen. Het College verklaarde het beroep ongegrond, omdat appellant niet had aangetoond dat de koeien als melk- en kalfkoeien moesten worden aangemerkt. De uitspraak benadrukt het belang van de registratie van dieren op de peildatum en de bedrijfsspecifieke omstandigheden bij de vaststelling van fosfaatrechten.