ECLI:NL:CBB:2019:441
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Fosfaatrechten en de gevolgen voor de bedrijfsvoering van een veehouderij
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 24 september 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen een maatschap van veehouders en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de toekenning van fosfaatrechten. De appellante, een veehouderij, stelde dat het fosfaatrechtenstelsel haar bedrijfsvoering in gevaar bracht en dat er sprake was van een inbreuk op haar eigendomsrecht, zoals bedoeld in artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. De zaak begon met een besluit van de minister op 5 januari 2018, waarin het fosfaatrecht van appellante werd vastgesteld op 3.016 kilogram. Na een bezwaarprocedure werd het bezwaar van appellante ongegrond verklaard, wat leidde tot het indienen van beroep bij het College.
Tijdens de zitting op 18 juni 2019 werd duidelijk dat appellante zich beroept op liquiditeitsbegrotingen die een negatief saldo vertoonden, zowel met als zonder de toegekende fosfaatrechten. Het College oordeelde echter dat er geen causaal verband was aangetoond tussen het fosfaatrechtenstelsel en de financiële problemen van appellante. De liquiditeitsbegrotingen waren niet voldoende onderbouwd en er ontbraken belangrijke financiële gegevens. Het College concludeerde dat het fosfaatrechtenstelsel op regelingsniveau niet in strijd was met artikel 1 van het EP en dat er geen sprake was van een individuele en buitensporige last voor appellante.
De uitspraak van het College verklaarde het beroep tegen het bestreden besluit niet-ontvankelijk en het beroep tegen het herzieningsbesluit ongegrond. Tevens werd de minister veroordeeld in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 1.280,-. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor veehouders om hun financiële positie goed te onderbouwen bij het aanvechten van besluiten die hen raken, vooral in het kader van het fosfaatrechtenstelsel.