2.1.De onderhavige klacht, zoals weergegeven in de uitspraak van de accountantskamer van 12 december 2016, welke weergave door partijen niet wordt bestreden, houdt de volgende verwijten in:
a. [naam 3] heeft uit eigen belang [naam 10] en [naam 11] stiekem geadviseerd om de tussen hen als aandeelhouders van [naam 9] gemaakte afspraken over het uit te keren dividend terug te draaien en de schijn te wekken dat daarover, en over de achtergestelde leningen, geen afspraken waren gemaakt.
b. [naam 3] heeft [naam 4] en waarschijnlijk ook [naam 5] geadviseerd om de gemaakte afspraken over het door [naam 9] uit te keren dividend terug te draaien.
c. [naam 3] heeft gezien het voorgaande in de procedure bij de Accountantskamer in 2012/2013 gelogen, en daarnaast heeft hij in die procedure zijn belangen in [naam 9] , en het moment van verkrijging ervan, verzwegen.
d. [naam 3] heeft de agenda gemaakt voor de algemene vergadering van aandeelhouders van [naam 9] van 22 november 2010, met daarin het agendapunt vastlegging/bekrachtiging van het besluit tot verlenging van de termijn voor het opmaken van de jaarrekening over 2009 met zes maanden, terwijl dat besluit niet (eerder) was genomen, dit om het eigen gebrek aan voortvarendheid en/of dat van [naam 5] met het samenstellen van de jaarrekening over 2009 af te dekken.
e. [naam 3] heeft Kock als bestuurder van [naam 9] geadviseerd hoe het verzoek van appellante om een notaris de algemene vergadering van aandeelhouders van [naam 9] van 22 november 2010 te laten notuleren, kon worden afgewezen, en hoe kon worden bewerkstelligd dat hijzelf, [naam 3] , als notulist zou worden aangewezen.
f. [naam 3] is op de algemene vergadering van aandeelhouders van [naam 9] van 22 november 2010, ondanks bedreiging van zijn objectiviteit, daadwerkelijk als notulist opgetreden, en hij heeft die notulen gemanipuleerd.
g. [naam 3] heeft, nadat hij (vergeefs) had gepoogd appellante te laten afzien van haar vordering verband houdend met de afspraken over uit te keren dividend en een te verstrekken achtergestelde lening, gepoogd te voorkomen dat deze in rechte zou worden toegewezen, terwijl hijzelf toen al belangen had in [naam 9] -vennootschappen.
h. [naam 3] heeft [naam 9] te kwader trouw laten procederen tegen appellante over gestelde onverschuldigd betaalde managementvergoedingen.
i. [naam 4] wekt tot op heden een verkeerde indruk van zijn betrokkenheid bij de jaarrekening over 2009 van appellante en hij zegt niets over de actieve betrokkenheid van [naam 3] .
j. Het samenstellen van de jaarrekening over 2009 van appellante heeft [naam 4] niet met toewijding en voldoende diepgang, en niet tijdig gedaan.
k. [naam 4] is, toen hem bekend werd dat de jaarrekening van appellante en die van twee [naam 9] -vennootschappen niet met elkaar spoorden, niet corrigerend opgetreden, en hij heeft [naam 3] zijn gang laten gaan, waardoor er ook geen sprake was van gescheiden opdrachtteams bij appellante enerzijds en de [naam 9] -vennootschappen anderzijds.
l. [naam 5] wekt tot op heden een verkeerde indruk van zijn betrokkenheid bij de jaarrekeningen over 2009 van de [naam 9] -vennootschappen en hij zegt niets over de actieve betrokkenheid daarbij van [naam 3] .
m. Het samenstellen van de jaarrekeningen over 2009 van de [naam 9] -vennootschappen heeft [naam 4] (lees: [naam 5] ) niet met toewijding en voldoende diepgang, en niet tijdig gedaan.
n. [naam 5] heeft in zijn samenstellingsverklaring van 1 november 2010 bij de jaarrekeningen over 2009 van de [naam 9] -vennootschappen in strijd met de waarheid verklaard dat hij zijn samenstellingsopdracht van de algemene vergadering van aandeelhouders van [naam 9] had gekregen.
o. [naam 5] heeft, op verzoek van [naam 3] , de directie van [naam 9] geen concept voor de jaarrekening over 2009 voorgelegd alvorens hij zijn samenstellingsverklaring bij die jaarrekening afgaf.
p. [naam 5] heeft geen openheid betracht met betrekking tot de vraag waarom hij de dividenduitkeringen op het niveau van [naam 9] en de achtergestelde leningen aan [naam 12] niet in de betreffende definitieve jaarrekeningen over 2009 had verwerkt, maar wel de dividenduitkeringen van [naam 12] en [naam 14] , waarover gelijktijdig was besloten.
q. [naam 5] is, toen hem bekend werd dat de jaarrekening van appellante en die van [naam 9] niet met elkaar spoorden, niet corrigerend opgetreden.
r. [naam 6] heeft zijn ogen gesloten voor de misstanden bij [naam 13] , waarover appellante hem uitvoerig heeft geïnformeerd.