In deze zaak, behandeld door het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gaat het om de inschrijving in het handelsregister van een bestuurswisseling van de vereniging [naam 2]. Appellant, die zich presenteert als voorzitter van de vereniging, heeft bezwaar gemaakt tegen de besluiten van de Kamer van Koophandel die zijn uitschrijving als bestuurder en de wijziging van het adres van de vereniging hebben goedgekeurd. De Kamer van Koophandel had eerder besloten tot inschrijving van de bestuurswisseling op basis van opgaven gedaan door [naam 3] en [naam 4]. Appellant stelt dat hij nog steeds voorzitter is en dat zijn ontslag niet rechtsgeldig is, omdat het bestuur zijn ontslag heeft geweigerd. Hij voert aan dat de algemene ledenvergadering van 17 december 2016 heeft geoordeeld dat hij het enige bestuurslid is en dat zijn ontslag dus niet kan worden geaccepteerd.
Het College heeft de argumenten van appellant overwogen en geconcludeerd dat de Kamer van Koophandel gerede twijfel had over de rechtsgeldigheid van de inschrijving van [naam 3] en [naam 4] als bestuurders. Aangezien er twijfels bestonden over de rechtsgeldigheid van de besluiten van de algemene ledenvergadering van 11 februari 2017, had de Kamer van Koophandel ook de uitschrijving van appellant als bestuurder moeten herstellen. Het College heeft het beroep van appellant gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd, waarbij het primaire besluit is herroepen en de eerdere inschrijving van appellant als bestuurder is hersteld. De uitspraak is openbaar gedaan op 12 juni 2018.