ECLI:NL:CBB:2018:192
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.R. Winter
- H.O. Kerkmeester
- J.A. Hagen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om tegemoetkoming op basis van de Plantenziektenwet na besmetting met Ralstonia solanacearum
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 22 mei 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een B.V. en de staatssecretaris van Economische Zaken. De appellante, een kweker van anthuriums, had een verzoek ingediend om een tegemoetkoming op basis van artikel 4 van de Plantenziektenwet (Pzw) na een besmetting met de bacterie Ralstonia solanacearum. Het primaire besluit van de staatssecretaris om dit verzoek af te wijzen, werd door de appellante bestreden. De staatssecretaris had eerder maatregelen opgelegd om de verspreiding van de bacterie te voorkomen, waaronder de vernietiging van besmette planten. De appellante stelde dat de schade die zij had geleden als gevolg van deze maatregelen niet tot haar normale ondernemersrisico behoorde en dat er een causaal verband bestond tussen de maatregelen en de geleden schade.
Het College overwoog dat de appellante niet had aangetoond dat de schade onevenredig zwaar op haar drukte en dat de schade voortvloeide uit de aanwezigheid van de bacterie, die een normaal risico voor haar bedrijf vormde. De appellante had geen bezwaar gemaakt tegen eerdere maatregelen en de staatssecretaris had voldoende gemotiveerd waarom de schade niet voor vergoeding in aanmerking kwam. Het College concludeerde dat de weigering van de staatssecretaris om een tegemoetkoming te verlenen in redelijkheid kon worden gehandhaafd. Het beroep van de appellante werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.