Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
tussenuitspraak van de grote kamer van 26 oktober 2017 op het hoger beroep van:
[naam 1] , te [plaats 1] , appellant
de staatssecretaris van Economische Zaken (de staatssecretaris)
Procesverloop in hoger beroep
Grondslag van het geschil
Het [terrein] te [plaats 2] . Dit perceel heb ik al zeker 15 jaar in mondeling gebruik van de gemeente [plaats 2] . Daar maaide ik de goede stukken. Op het midden van het terrein heeft de gemeente een gronddepot. De stukken gras maaide ik en ik liet er balen van persen. Daarvoor ging ik ieder jaar naar het stadsdeelkantoor en vroeg ik of ik het gras kon hebben. Als dat goed was, maaide ik daar het gras.
[adres 5] te [plaats 4] . Dit perceel heb ik al heel lang in mondeling gebruik van de gemeente [plaats 4] . Voor 2009 had ik er wat dieren lopen. Schapen, een geit en een pony. Maar in 2009 heb ik er geen dieren meer gehad. In 2009 is er wel mest op gegaan. Inmiddels heb ik dit perceel niet meer in gebruik.
[adres 2] langs de [snelweg] . Hiervan zijn de pachtcontacten op naam van mijn vader. In 2009 heb ik de pacht mondeling van mijn vader overgenomen. Inmiddels heb ik formeel de pacht.
[adres 2] achter de sporthal. Dit perceel heb ik al 15 jaar in gebruik tot en met 2009. Nu niet meer. Er ligt nu grond vanaf de voetbalvelden. Ook hier is mest gekomen en zijn er balen vanaf gehaald.
[adres 3] te [plaats 3] heb ik in mondeling gebruik. Via aannemersbedrijf [naam 15] mocht ik het gras maaien en de oogst meenemen. Dit heb ik al zeker 3 jaar zo gedaan. Op deze gearceerde percelen heb ik mest gereden. Ik weet niet welke vrachten er op welke percelen zijn gebracht maar er is redelijk gedoseerd.
Achter een school, die ik u hier aanwijs op een kaart, heb ik de bijgebouwen gesloopt, het perceel opgeknapt, bemest en ingezaaid.
Op perceeltjes naast het vakantiehuisjespark en aan de andere kant van het [adres 6] heb ik mest gebracht. Die mest is geleverd aan particulieren.
Het zou kunnen dat ik de twee vrachten van [naam 6] , die gelost zijn aan de [adres 1] , getekend heb. Later zijn die vrachten als nog naar [naam 6] gereden met kipper of een mestverspreider.
De vervoersbewijzen van twee vrachten die u bij [naam 7] hebt gekregen, staan op naam van mijn zus, [naam 14] , maar zijn feitelijk ook door mij afgenomen. Mijn zus heeft geen grond. Het vervoersbewijs met nummer [… 1] is door mij zelf ondertekend de andere handtekening is niet van mij. Ik heb geen mest geleverd of er is geen mest via mij geleverd aan [naam 22] of [naam 16] .
Via mijn bedrijf, [naam 5] , heb ik sinds twee jaar contact met [naam 7] . Zij rijden water en bentoniet naar boringen. Ik heb [naam 7] gezien op een andere klus en ik dacht dat moet ik onthouden. [naam 7] werkt samen met [naam 4] . [naam 7] heeft [naam 4] ingehuurd.
De mest heeft niets met mijn bedrijf te maken. Dit heb ik op persoonlijk te titel gedaan. Ondanks dat de facturen op naam van mijn bedrijf staan, heb ik ze opgenomen in mijn privé boekhouding. Ik heb privé een paar paarden die zijn gestald bij een manege. Ik leverde privé de balen hooi in ruil voor de stallingskosten. De paardenhobby heb ik samen met mijn vader. Mijn vader helpt mij met de hooibouw op mijn grond. Alle vrachten die u mij heeft laten zien, met uitzondering van de twee vrachten van [naam 6] , zijn door mij gebruikt. Ook de twee vrachten op naam van mijn zus. Het perceel aan de [adres 3] in [plaats 3] heb ik iets te uitgebreid gearceerd. Het groene gedeelte, zoals u het laat zien was in 2009 inderdaad niet bij mij in gebruik. Ik heb van [naam 15] de opdracht gekregen te maaien in verband met een bommenonderzoek. De andere stukken heb ik ook gemaaid en gebaald. Op die één van die percelen kwam ik ook een keer een klepelmaaier van de gemeente tegen. Die moest ook gaan maaien. Het [terrein] is in 2008 afgegraven en ingezaaid en in 2009 is deels geklepeld en deels hooi gewonnen.
De groene stukken op de percelen aan [adres 2] , zoals u mij die toont en waarvan u zegt dat die door [naam 16] zijn geclaimd, zijn in 2009 zeker bij mij in gebruik geweest. Ik vind het vreemd dat [naam 16] die grond heeft geclaimd. Ik ken hem wel en hij heeft daar in de buurt wel grond maar niet deze. Ik heb nooit mest met grond gemengd maar ik heb de mest gewoon laten uitrijden over mijn grond.
Ik was niet op de hoogte van de regelgeving. Ik heb na het ophogen van de percelen ter verbetering van die schrale grond mest opgebracht en me nooit gerealiseerd hoeveel mest er op zou mogen. De gedachte er achter was om de percelen mooi te maken.””
Nadat ik betrokkene [naam 1] op de hoogte had gebracht van mijn bevindingen met betrekking tot zijn grondgebruik en de door hem aangevoerde mest en hem had medegedeeld niet tot antwoorden verplicht te zijn, verklaarde hij op mijn vragen zakelijke weergegevens het volgende:
dat je bij [naam 11] bent geweest. [naam 11] heeft samen met een vriend een paardenwei
in [plaats 4] . Op die wei is in het verleden op grond opgebracht en ik heb mest geregeld
voor die wei. Ik heb nooit grond gemengd met mest. Er zijn 3 tanken geleverd en die mest is uitgereden door loonbedrijf [naam 17] . Deze mest is door [naam 17] geladen uit één van mij containers. Ik weet niet meer uit welke container. De 3 vrachten, totaal 113 ton, die op naam van [naam 11] zijn geregistreerd zijn feitelijk aan mij geleverd en gelost in mijn containers. Naar [naam 11] zijn enkel die 3 tankjes van ik schat 12 kuub, geleverd. Voor de levering van deze 3 tankjes vanuit mijn container zijn geen vervoersbewijzen opgemaakt en de tankjes zijn niet gemonsterd en gewogen. Ik heb bij mijn vader nagevraagd of hij de percelen grond langs de [snelweg] ooit aan [naam 16] heeft doorverhuurd. Maar ook mijn vader zegt dat hij die grond nooit in gebruik heeft gegeven aan [naam 16] . Hoe [naam 16] aan ons pachtcontract komt weet ik niet. Volgens mij vader heeft [naam 16] er in een ver verleden wel eens over gesproken maar hij heeft het nooit gekregen. Zeker niet in de periode van het pachtcontract. Mijn vader houdt op die percelen ongeveer 10 schapen. Soms verkoopt hij wat oude schapen en dan koopt hij wat lammeren voor terug. Hij laat de schapen nooit dekken.
Het verhaal van [naam 13] , zoals jij aangeeft, klopt. Ik heb de percelen in gebruik gekregen toen er al behoorlijk hoog gras stond. Ik heb de percelen aan de [adres 4] toen gehooid en bemest. Ik heb daar geen ruige/vaste mest gebruikt. Ik heb wel vloeibare mest laten uitrijden. Met een bemester kan je wel op die percelen komen. Ik heb hiervoor een dam aangelegd. Als je vanaf de [adres 8] de [adres 4] inrijdt, heb ik bij het begin van het perceel een dam gemaakt en daarover de vloeibare mest aangevoerd.
Het [terrein] heb ik in 2009 in gebruik gehad. Ik ben daarvoor bij het projectbureau [naam 18] geweest en gevraagd om er met paarden te mogen rijden. Dat was ver voor 2009. Ik denk 2002 of 2003. Daarna hebben er ook wel eens ongeveer 200 schapen van [naam 16] gelopen en had ik er 10 tot 15 paarden lopen. De schapen en paarden moesten daar toen weer weg. In 2009 heb ik daar gemaaid en gemest. In 2008 heb ik hiervoor weer toestemming gevraagd bij het projectbureau. Ik weet niet wie ik daar gesproken heb. Mensen krijgen andere functies en zijn in eens weg. Het perceel aan [adres 2] achter de sporthal heeft mijn vader geregeld. Het was een ijsbaan en er zat een veehandelaar op. Toen die is gestopt, mochten wij het gebruiken. Die grond heeft mijn vader al wel 10 jaar en dat heeft hij geregeld bij de gemeente. Als, zoals jij zegt, de gemeente op het [terrein] of op het perceel aan [adres 2] was gekomen en grond op deze percelen had willen opslaan of andere activiteiten willen doen op deze percelen, dan had ik dat niet kunnen tegenhouden. De percelen aan de [adres 3] in [plaats 3] heb ik gemaaid en bemest. Maar als de gemeente had besloten daar andere activiteiten had willen ontplooien, had ik daar niets tegen kunnen doen. Ik mocht de percelen van een aannemer maaien en bemesten en daar bleef het bij. Ik heb daar niets direct met de gemeente geregeld.
Op het [terrein] heeft [naam 21] balen geperst daar ben ik 100% zeker van. Het klopt dat hij ook balen voor mij het geperst op land van andere zoals [naam 19] en [naam 20] . Dit is niet in rekening gebracht op de facturen die ik jou heb gegeven.
De paarden- en schapenhobby met het land erbij, het winnen van hooi en het bemesten van het land is een privé-hobby en heeft niets te maken met mijn bedrijf, [naam 5] . Ondanks dat de werkzaamheden gefactureerd zijn aan mijn bedrijf, zijn de onderdelen voor privé ook privé betaald. Dit wordt contant verrekend. De schaapjes van mijn vader zijn bij mij ingeschaard. Het is eigenlijk een gezamenlijke dierenhobby. De mest en hooiwinning heb ik geregeld. Daar heeft mij vader niets mee te maken.””
In onderdeel E van het analyseverslag, genoemd in het Rapport van Bevindingen (bijlage 1) las ik dat er in 2009 in totaal 10 vrachten dierlijke mest waren geregistreerd waarbij [naam 9] als afnemer is vermeld en die volgens het AGR/GPS-register waren gelost op de [adres 9] te [plaats 6] , op de [adres 1] te [plaats 2] en aan het [adres 10] te [plaats 2] .
Op dinsdag 22 februari 2011, omstreeks 10:00 uur bevond ik mij wederom bij [naam 16] voor de afronding van de controle.
De heer [naam 16] had de heer [naam 9] gevraagd langs te komen om duidelijkheid te verschaffen in het gebruik van zijn grond in 2009.
Desgevraagd gaf de heer [naam 9] volledig zijn:
De heer [naam 9] verklaarde desgevraagd op mijn vragen zakelijk weergegeven onder andere het navolgende:
“Ik heb die grond aan [adres 2] bij de volkstuinen al zeker 15 jaar.
Inmiddels via een pachtcontract van de gemeente [plaats 2] . Vroeger waren
het bij nat weer allemaal eilandjes. Dit kwam omdat de pijpen voor afwatering
dan dicht zaten. De oudere schapen konden dan wel van het ene naar het
andere eiland komen maar de lammeren lukte dat niet. Toen is er grond
Uitspraak van de rechtbank
Beoordeling van het geschil in hoger beroep
.het bestuursorgaan niet binnen dertien weken een reactie van de officier van justitie heeft ontvangen.
Beslissing
- draagt de staatssecretaris op om binnen acht weken na verzending van deze tussenuitspraak een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de overwegingen 7.2 tot en met 8 van deze tussenuitspraak;
- houdt iedere verdere beslissing aan.