Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
Uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 mei 2015 in de zaak tussen
[naam 1], te [plaats], appellant
(gemachtigde: [naam 2])
de staatssecretaris van Economische Zaken, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
4 september 2013 bezwaar gemaakt tegen het Overzicht. Bij besluit van 25 oktober 2013 heeft verweerder dit bezwaar niet-ontvankelijk verklaard, omdat het bezwaarschrift niet tijdig is ingediend. Appellant heeft tegen dat besluit beroep ingesteld bij het College. Bij uitspraak van 7 februari 2014 (zaaknummer 13/936) heeft het College dit beroep met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, onder b, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kennelijk niet-ontvankelijk verklaard op de grond dat het beroep niet tijdig van gronden is voorzien.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- bepaalt dat het bezwaar tegen het primaire besluit ongegrond is en dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde bestreden besluit;
- draagt verweerder op het door appellant betaalde griffierecht van € 165,-- te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten tot een bedrag van € 980,--.