ECLI:NL:RVS:2024:1783
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep vreemdeling tegen niet in behandeling nemen asielaanvraag
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een vreemdeling tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat haar aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling is genomen. Dit besluit dateert van 17 april 2023. De rechtbank heeft op 8 juni 2023 het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. A. Khalaf, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij de Raad van State.
Tijdens de procedure heeft de staatssecretaris, op verzoek van de Afdeling bestuursrechtspraak, nadere schriftelijke inlichtingen verstrekt. Na het indienen van het hoger beroep heeft de staatssecretaris de asielaanvraag van de vreemdeling alsnog in behandeling genomen. Hierdoor heeft de vreemdeling haar doel bereikt, wat betekent dat zij onvoldoende belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van het hoger beroep.
De Raad van State heeft geoordeeld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat de vreemdeling haar doel al heeft bereikt. De staatssecretaris is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden, aangezien hij de asielaanvraag pas na het indienen van het hoger beroep in behandeling heeft genomen. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, en is openbaar uitgesproken op 30 april 2024.