ECLI:NL:RVS:2018:3769
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- A.B.M. Hent
- A.J.C. de Moor-van Vugt
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag inzake de afwijzing van een verblijfsvergunning voor een vreemdeling met een innovatieve onderneming
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid tegen een uitspraak van de rechtbank Den Haag, die op 25 januari 2018 een besluit van de staatssecretaris om een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd af te wijzen, had vernietigd. De vreemdeling had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning als zelfstandige met een innovatieve startende onderneming. De staatssecretaris had deze aanvraag afgewezen op basis van een negatief advies van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland over de deskundigheid van de beoogde begeleider. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris de vreemdeling ten onrechte niet had gehoord in bezwaar en dat het advies niet inzichtelijk was en onzorgvuldig tot stand was gekomen.
In hoger beroep betoogde de staatssecretaris dat de vreemdeling niet had aangetoond dat haar begeleider en een tweede persoon in hetzelfde bedrijf minimaal twee jaar ervaring hadden met het begeleiden van innovatieve startende ondernemers. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde dat de staatssecretaris zich terecht op dit standpunt had gesteld. De rechtbank had ten onrechte overwogen dat het advies onzorgvuldig was, aangezien de vreemdeling de benodigde informatie pas na het advies had overgelegd. De Afdeling concludeerde dat de staatssecretaris de afwijzing van de verblijfsvergunning terecht had gehandhaafd, omdat de vreemdeling niet voldeed aan de vereisten voor de vergunningverlening.
De uitspraak van de rechtbank werd vernietigd voor zover deze de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit niet in stand had gelaten. De Afdeling bepaalde dat de rechtsgevolgen van het besluit van 31 juli 2017 geheel in stand blijven, wat betekent dat de weigering van de verblijfsvergunning overeind blijft.