200806873/1/H1.
Datum uitspraak: 10 juni 2009
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het hoger beroep van:
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,
appellant,
tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage van 8 augustus 2008 in zaak nrs. 08/5368 en 08/5369 in het geding tussen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Euro Start uitzendbureau I B.V., gevestigd te Rotterdam,
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag.
Bij besluit van 20 maart 2008 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag (hierna: het college) de bij besluit van 5 november 2001 aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Bewi Vastgoed B.V. (hierna: Bewi Vastgoed) verleende gebruiksvergunning voor het exploiteren van een hotel in het pand aan de Harstenhoekweg 6 te Den Haag (hierna: het pand) ingetrokken.
Bij besluit van 2 juli 2008 heeft het college het door de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Euro Start uitzendbureau I B.V. (hierna: Euro Start) daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 8 augustus 2008, verzonden op 11 augustus 2008, heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage (hierna: de voorzieningenrechter) het door Euro Start daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, het besluit van 2 juli 2008 vernietigd en het besluit van 20 maart 2008 herroepen. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft het college bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 8 september 2008, hoger beroep ingesteld. De gronden van het hoger beroep zijn aangevuld bij brief van 8 oktober 2008.
Euro Start heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 19 mei 2009, waar het college, vertegenwoordigd door mr. M.C. Remeijer-Schmitz, ambtenaar in dienst van de gemeente, en Euro Start, vertegenwoordigd door mr. A.J. Rentmeester, advocaat te 's-Gravenhage, zijn verschenen.
2.1. De Afdeling overweegt ambtshalve het volgende. Bij besluit van 5 november 2001 is aan Bewi Vastgoed als eigenaar van het pand een gebruiksvergunning verleend om het pand in gebruik te hebben als hotel. Bij besluit van 20 maart 2008 is deze gebruiksvergunning ingetrokken. Bewi Vastgoed heeft tegen dit besluit geen rechtsmiddelen aangewend, terwijl Euro Start, die als huurder het pand kamersgewijs in onderverhuur aanbiedt aan haar Poolse werknemers, hiertegen bezwaar heeft gemaakt. Het door Euro Start gestelde belang bij het besluit van 20 maart 2008 vloeit voort uit de contractuele relatie die zij als huurder van het pand heeft met Bewi als eigenaar daarvan en is derhalve een afgeleid belang dat niet rechtstreeks bij het besluit is betrokken. Van een ander rechtstreeks bij dat besluit betrokken belang van Euro Start is niet gebleken. Euro Start is derhalve geen belanghebbende als bedoeld in artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht bij dat besluit.
De voorzieningenrechter heeft niet onderkend dat het college het bezwaar van Euro Start tegen het besluit van 20 maart 2008 niet-ontvankelijk had dienen te verklaren. De voorzieningenrechter heeft derhalve ten onrechte het beroep van Euro Start tegen het besluit van 2 juli 2008 op inhoudelijke gronden gegrond verklaard en ten onrechte dat besluit om die reden vernietigd en het besluit van 20 maart 2008 herroepen.
2.2. Het hoger beroep is gegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden vernietigd. Doende hetgeen de rechtbank zou behoren te doen, zal de Afdeling het beroep tegen het besluit van 20 maart 2008 gegrond verklaren en het besluit van 2 juli 2008 vernietigen. De Afdeling ziet voorts aanleiding om zelf in de zaak te voorzien en te bepalen dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit.
2.3. Het college dient op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I. verklaart het hoger beroep gegrond;
II. vernietigt de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage van 8 augustus 2008 in zaak nrs. 08/5368 en 08/5369;
III. verklaart het bij de rechtbank ingestelde beroep gegrond;
IV. vernietigt het besluit van 2 juli 2008, kenmerk B.2.08.0360.001;
V. verklaart het bezwaar van Euro Start tegen het besluit van 20 maart 2008 niet-ontvankelijk;
VI. bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van dat besluit;
VII. veroordeelt het college van burgemeester en wethouders van Den Haag tot vergoeding van bij de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Euro Start uitzendbureau I B.V. in verband met de behandeling van het beroep en het hoger beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 1.288,00 (zegge: twaalfhonderdachtentachtig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand; het dient door de gemeente Den Haag aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Euro Start uitzendbureau I B.V. onder vermelding van het zaaknummer te worden betaald;
VIII. gelast dat de gemeente Den Haag aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Euro Start uitzendbureau IB.V. het door haar betaalde griffierecht ten bedrage van € 288,00 (zegge: tweehonderdachtentachtig euro) voor de behandeling van het beroep vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. D.A.C. Slump, voorzitter, en mr. J.H. van Kreveld en mr. C.J. Borman, leden, in tegenwoordigheid van mr. T. van Goeverden-Clarenbeek, ambtenaar van Staat.
w.g. Slump w.g. Van Goeverden-Clarenbeek
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 10 juni 2009