Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 6 januari 2025 in de zaak tussen
[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
- Een navorderingsaanslag IB/PVV over het jaar 2016 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 17.586. Gelijktijdig met de vaststelling van de navorderingsaanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 288 belastingrente in rekening gebracht (zaaknummer 23/869);
- Een navorderingsaanslag Zvw over het jaar 2016 naar een bijdrage-inkomen van € 6.864. Gelijktijdig met de vaststelling van de navorderingsaanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 34 belastingrente in rekening gebracht (zaaknummer 23/870);
- Een navorderingsaanslag IB/PVV over het jaar 2017 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 30.960. Gelijktijdig met de vaststelling van de navorderingsaanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 526 belastingrente in rekening gebracht (zaaknummer 23/871);
- Een navorderingsaanslag Zvw over het jaar 2017 naar een bijdrage-inkomen van € 5.766. Gelijktijdig met de vaststelling van de navorderingsaanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 25 belastingrente in rekening gebracht (zaaknummer 23/872);
- Een aanslag IB/PVV over het jaar 2018 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 32.895. Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 169 belastingrente in rekening gebracht (zaaknummer 23/873);
- Een aanslag Zvw over het jaar 2018 naar een bijdrage-inkomen van nihil (zaaknummer 23/874);
- Een aanslag IB/PVV over het jaar 2019 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 44.494 (zaaknummer 23/875);
- Een aanslag Zvw over het jaar 2019 naar een bijdrage-inkomen van nihil (zaaknummer 23/876);
- Een aanslag IB/PVV over het jaar 2020 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 41.309. Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 86 belastingrente in rekening gebracht (zaaknummer 23/877).
- Een aanslag Zvw over het jaar 2020 naar een bijdrage-inkomen van € 3.522. Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 3 belastingrente in rekening gebracht (zaaknummer 23/878).
(navorderings-)aanslagen over jaren 2016, 2017 en 2020 gegrond verklaard en als volgt verminderd:
- De navorderingsaanslag IB/PVV over het jaar 2016 tot een berekend naar een inkomen uit werk en woning van € 16.625;
- De navorderingsaanslag Zvw over het jaar 2016 tot een berekend naar een bijdrage-inkomen van € 5.903;
- De navorderingsaanslag IB/PVV over het jaar 2017 tot een berekend naar een inkomen uit werk en woning van € 30.152;
- De navorderingsaanslag Zvw over het jaar 2017 tot een berekend naar een bijdrage-inkomen van € 4.958;
- De aanslag IB/PVV over het jaar 2020 tot een berekend naar een inkomen uit werk en woning van € 40.815.
- De aanslag Zvw over het jaar 2020 tot een berekend naar een bijdrage-inkomen van € 3.028;
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.