Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.[eiser 1] B.V.,
2.
[eiser 2],
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- het tussenvonnis van 11 september 2024 waarin de mondelinge behandeling is bepaald;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 31 oktober 2024;
- de brief van mr. Van den Boom van 19 november 2024 naar aanleiding van het proces-verbaal.
3.De feiten
[naam 1] voldoet aan [eiser 2] een bedrag van € 200.000,- (…) in jaarlijkse termijnen van € 20.000,- (…).
Voorts is afgesproken dat [naam 1] maandelijks € 700,- (…) betaalt ten titel van rente.
mr. Sintnicolaas verklaart als advocaat van de heer [naam 2] – nadat hij hem telefonisch heeft gecontacteerd – in diens hoedanigheid van bestuurder van [gedaagde] B.V. dat [naam 2] garant zal staan voor de maandelijkse rentebetalingen.
Wanneer [naam 1] een van de verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst tweemaal niet nakomt, zal de gehele restant-vordering ineens opeisbaar zijn inclusief de rente over een periode van tien jaar, zonder enige formaliteit of ingebrekestelling. (…)”
4.Het geschil
5.De beoordeling
€ 200.000,00 zou zijn afbetaald en over een maandelijkse rentebetaling van € 700,00. [eisers] wenste een vorm van zekerheid voor de betaling. Mr. Sintnicolaas heeft op de gang telefonisch contact gehad met [naam 2] van [gedaagde] . Tijdens dit telefoongesprek verklaarde [naam 2] zich bereid om met zijn vennootschap [gedaagde] garant te staan voor de maandelijkse rentebetalingen van € 700,00 per maand. Partijen verschillen van mening of daarbij is gesproken over de termijn (maximaal 5 jaar of anderszins), maar dat is voor de beoordeling van de rechtbank van de voorliggende vraag niet relevant zodat dat in het midden kan blijven. Mr. Van den Boom heeft namelijk toegelicht dat de afspraak van de gehele aflossing ineens bij niet nakoming (artikel 5 van de vaststellingsovereenkomst) pas na het telefoongesprek in de rechtszaal is besproken bij het vastleggen van het proces-verbaal van de schikking en dus niet op de gang. Met andere woorden: artikel 5 in de vaststellingsovereenkomst is opgenomen nádat [eisers] en [naam 1] bijgestaan door hun advocaten op de gang tot afspraken over de garantstelling door [gedaagde] waren gekomen.