ECLI:NL:RBZWB:2024:5781
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de hersteldverklaring Ziektewet en geschiktheid voor eigen werk van een zieke vangnetter
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het beroep van eiser tegen de weigering van het UWV om een uitkering op grond van de Ziektewet (ZW) toe te kennen. Eiser, een zieke vangnetter, was per 9 april 2022 hersteld verklaard voor zijn eigen werk, maar betwistte deze beslissing. De rechtbank heeft de zaak op 12 juni 2024 behandeld, waarbij eiser en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals een waarnemend gemachtigde van het UWV. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser van 1 maart 2001 tot 1 december 2021 als business analist heeft gewerkt en dat hij sinds 2005 beperkingen heeft ondervonden door een schedelbasisfractuur. Eiser heeft zich op 9 april 2022 ziekgemeld met psychische klachten en ontving eerder een ZW-uitkering. De rechtbank concludeert dat het UWV op goede gronden heeft geoordeeld dat eiser per 9 april 2022 geschikt was voor zijn eigen werk, ondanks de door eiser aangevoerde klachten en beperkingen. De rechtbank oordeelt dat eiser onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij op de datum in geding niet in staat was om zijn eigen werk uit te voeren. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de hersteldverklaring van het UWV.