ECLI:NL:RBZWB:2024:2122
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de WOZ-waarde van een niet-woning en verzoek om schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Veere, die de waarde van een onroerende zaak heeft vastgesteld op € 4.288.000 per 1 januari 2020. De rechtbank behandelt het beroep dat is ingediend tegen de ongegrondverklaring van het bezwaar door de heffingsambtenaar. De gemachtigde van belanghebbende was niet aanwezig op de zitting, maar had verzocht om een digitale behandeling vanwege ziekte. De rechtbank heeft dit verzoek gehonoreerd, maar de gemachtigde was te laat met het activeren van de digitale link. De rechtbank oordeelt dat de waarde van het object niet te hoog is vastgesteld en dat de heffingsambtenaar voldoende onderbouwing heeft gegeven voor de vastgestelde waarde. Daarnaast heeft de rechtbank vastgesteld dat de procedure te lang heeft geduurd, maar ziet geen aanleiding om een schadevergoeding toe te kennen aan belanghebbende, omdat de vertraging mede te wijten is aan het handelen van de gemachtigde. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor de vastgestelde waarde en de aanslagen onroerendezaakbelastingen gehandhaafd blijven.