ECLI:NL:RBZWB:2023:5326
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aftrek studiekosten voor buitenlandse studenten en de toepassing van artikel 6.40 Wet IB 2001
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 juli 2023, wordt het beroep van een buitenlandse student tegen de belastinginspecteur beoordeeld. De student, die in 2017 vanuit India naar Nederland kwam om Aerospace Engineering te studeren, had een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen ontvangen, waarbij de inspecteur geen persoonsgebonden aftrek in aanmerking nam. De student had collegegeld van € 15.166 betaald, maar de inspecteur weigerde de aftrek van studiekosten, omdat deze was betaald voordat de student belastingplichtig was in Nederland. De rechtbank oordeelt dat de student geen recht heeft op aftrek van het collegegeld, omdat de betaling plaatsvond voordat hij als binnenlands belastingplichtige werd aangemerkt. De rechtbank concludeert dat de inspecteur de hoorplicht niet heeft geschonden, aangezien de gemachtigde van de student had bevestigd dat de uitspraak op bezwaar per post kon worden verzonden zonder een hoorzitting. De rechtbank wijst ook het beroep op het evenredigheidsbeginsel en het gelijkheidsbeginsel af, omdat de wetgeving geen ruimte biedt voor aftrek in dit geval. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen kunnen binnen zes weken hoger beroep instellen bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch.