ECLI:NL:RBZWB:2022:5243
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
Op 9 september 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Waalwijk. De belanghebbende had beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van 19 november 2021, betreffende de vastgestelde waarde van een pand. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 360,- niet tijdig heeft betaald. De rechtbank heeft de belanghebbende in de gelegenheid gesteld om betalingsonmacht te onderbouwen, maar de griffier heeft dit beroep afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen verontschuldiging voor het verzuim is gebleken, aangezien de belanghebbende niet heeft gereageerd op de aangetekende brief waarin om uitleg werd gevraagd. De rechtbank volgt de lijn van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch dat rechtspersonen ook een beroep kunnen doen op betalingsonmacht, maar in dit geval was er onvoldoende bewijs dat de belanghebbende niet in staat was om het griffierecht te betalen. Daarnaast heeft de belanghebbende verzocht om vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke behandeltermijn, maar dit verzoek is afgewezen omdat de termijn niet is overschreden. De rechtbank heeft uiteindelijk het beroep niet-ontvankelijk verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen.