ECLI:NL:RBZWB:2022:5242
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
Op 9 september 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking West-Brabant. De belanghebbende had beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van 29 oktober 2021, betreffende de vastgestelde waarde van een onroerend goed. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 360,- niet tijdig heeft betaald. De griffier had de belanghebbende in de gelegenheid gesteld om betalingsonmacht te onderbouwen, maar de ingediende informatie was onvoldoende om aan te tonen dat de belanghebbende niet in staat was het griffierecht te voldoen. De rechtbank heeft ook het verzoek om vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke behandeltermijn afgewezen, omdat deze termijn in eerste aanleg niet is overschreden. De rechtbank heeft de beslissing genomen om het beroep niet-ontvankelijk te verklaren en het verzoek om schadevergoeding af te wijzen.