Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 4 april 2022 in de zaak tussen
[naam eiser](eiser), beiden te [plaatsnaam] , eisers,
Procesverloop
19 juni 2020.
Overwegingen
Feiten
Beroepsgronden
Wettelijk kader
Beoordeling
5 augustus 2019 niet zo spoedig mogelijk een aanvraag om bijstand ingediend. De rechtbank stelt vast dat in de WW-toekenningsbeschikking van 27 augustus 2019 expliciet is vermeld dat eiseres misschien een bijstandsuitkering kon krijgen en dat zij deze zelf aan diende te vragen online via werk.nl. Niet gebleken is dat eiseres daartoe niet in staat is geweest.
5 augustus 2019, geldt grotendeels ook voor deze melding. Na deze melding van 23 april 2020 hebben eisers namelijk ook niet zo spoedig mogelijk een aanvraag om bijstand ingediend. Verder hebben eisers ook in dit kader van deze melding geen bijzondere omstandigheden vermeld waarom de bijstandsuitkering alsnog met terugwerkende kracht moet worden toegekend.
Conclusie
Beslissing
mr. A.M. Pasmans, griffier, op 4 april 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.