Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 4 september 2020 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiseres] , wonende te [plaatsnaam] , eiseres,
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV;
Procesverloop
Overwegingen
1. Feiten
Omvang geschil
Wettelijk kader
Arbeidsmaatstaf
“helpende zorg en welzijn”. Voor die laatste functie heeft eiseres een opleiding gevolgd, heeft zij als stagiaire werkervaring opgedaan en heeft zij een diploma. Daarnaast kan van eiseres niet worden gevergd dat zij haar werk als onderwijsassistent zal hervatten, omdat zij daarvoor niet de noodzakelijke diploma’s heeft en daarvoor feitelijk niet aan het werk kan.
Medische beoordeling
5.3 De verzekeringsarts b&b heeft de beschikbare medische gegevens bestudeerd, heeft eiseres gezien op het spreekuur/de hoorzitting op 30 januari 2020 en heeft aanvullend medisch onderzoek verricht. De verzekeringsarts b&b concludeert in haar rapportage van
31 januari 2020 dat de verzekeringsarts een zorgvuldig en voldoende uitgebreid onderzoek heeft uitgevoerd. Ook uit haar onderzoek in bezwaar zijn geen afwijkingen gebleken die eiseres arbeidsongeschikt maken voor de laatst verrichte werkzaamheden als onderwijs-
assistent.