Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
“2. Lijfrente
3.Geschil
-Is er sprake van schending van het vertrouwensbeginsel?
4.Beoordeling van het geschil
Dat betekent dat in beginsel iedere belastingplichtige zijn eigen giften in aanmerking neemt’. Dat zegt naar het oordeel van de rechtbank echter niets over de interpretatie van de zinsnede ‘eindigen bij overlijden’. Eerst dient immers bepaald te worden of sprake is van een periodieke gift. Vervolgens komt men pas toe aan de vraag bij wie de gift aftrekbaar is.
5.Proceskosten
6.Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- vermindert de aanslag tot een berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 76.986 en handhaaft de overige elementen van de aanslag en verlaagt de beschikking belastingrente dienovereenkomstig;
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden: