ECLI:NL:RBZWB:2019:5278
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- Bollen
- Rechtspraak.nl
Wijziging van kinderalimentatie op basis van gewijzigde omstandigheden en draagkrachtbeoordeling
In deze zaak verzoekt de man om nihilstelling van de kinderalimentatie, omdat hij aangewezen is op een bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet. De rechtbank, zittende in Breda, behandelt het verzoek en oordeelt dat de alimentatierechter bij de beoordeling van de draagkracht van de onderhoudsplichtige zelfstandige beoordelingsmaatstaven hanteert en niet gebonden is aan oordelen van andere overheidsinstellingen. De man heeft eerder een alimentatiebedrag van € 239,16 per maand vastgesteld gekregen voor de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kind. Hij stelt dat zijn omstandigheden zijn gewijzigd, waardoor hij niet meer in staat is om dit bedrag te betalen.
De vrouw verzet zich tegen het verzoek van de man en stelt dat er sprake is van herstelbaar inkomensverlies. De rechtbank overweegt dat de man onvoldoende bewijs heeft geleverd dat zijn inkomensverlies niet herstelbaar is. De man heeft weliswaar een bijstandsuitkering, maar de rechtbank concludeert dat het inkomensverlies voor herstel vatbaar is. De rechtbank wijst het verzoek van de man af, omdat de enige gewijzigde omstandigheid die hij aan zijn verzoek ten grondslag heeft gelegd, niet leidt tot een vermindering van zijn draagkracht. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.